logo
|Emmaüs Exodus

Hoofdstuk 4 – Voor de berg Sinaï


4.1. Aankomen

Ontkomen aan de slavernij zijn de Israëlieten op weg gegaan naar Kanaän, daarbij op vele manieren door G’d geleid, verzorgd en geholpen. Het belang van dit traject, van Egypte naar de Sinaï, wordt vaak en zeer onterecht, onderschat. [1 - Rabbijn Evers, Parsja Jitro 5772]
Juist in dit deel van de reis ontworstelt de mens zich aan zijn in Egypte opgedane angsten en destructieve overlevingsmechanismen. En dat is een basale voorwaarde voor het ontwikkelen van een nieuw, basaal vertrouwen. Waar in deze fase óók aan wordt begonnen.
In zeven kleine en grote opstanden wordt met vallen en opstaan geleerd om los te laten, te ontvangen, te vertrouwen en constructief actie te ondernemen.
Oppervlakkig bezien valt op hoe moeizaam het vooruit gaan is: met monnikenpas.
Ofwel: het nieuwe leven lonkt, maar het oude leven belemmert het voortgaan.
Waarom toch valt de mens, hoe gemotiveerd ook om te veranderen, zo hardnekkig en zo vaak terug in zijn oude gedrag?
Informatie over en inzicht in de mystieke en in de fysieke achtergronden van dit gedrag bieden een antwoord.


4.2.‘Nacht van de zinnen’, een mystieke benadering

De tijd die verstrijkt tussen het moment dat G’d toezegt de Israëlieten te bevrijden en het moment dat ze de beginfase van hun reis achter de rug hebben, is te beschouwen als een donkere lange nacht.
De rooms katholieke mysticus Johannes van het Kruis [2 - Johannes van het Kruis (ook Jan van het Kruis of Sint Jan van het Kruis), Spaans: Juan de la Cruz; eigenlijke naam: Juan de Yepes (Fontiveros (Ávila), 1542-1591) was een Spaans heilige, mysticus, dichter en kerkleraar. In 1563 trad hij in bij de karmelieten, in het Santa Ana klooster in Ávila, onder de naam ‘Juan de San Matías’.] noemt zo’n fenomeen de ‘nacht van de zinnen’.
Hij ziet zo’n ‘nacht’ als een proces van innerlijke loutering waarin zelfbeelden en godsbeelden worden gereinigd van franje en maskers, noodzakelijk om G’d werkelijk te kunnen naderen.
In eerste instantie roept de intense duisternis van deze nacht angst en eenzaamheid op waarin G’ddelijke openbaring afwezig lijkt. Maar niets is minder waar: vanuit G’ds perspectief is ‘het duister voor u niet donker – de nacht zou oplichten als de dag, het duister is helder als het licht.’ [3 - Psalms 139:12]
De mens wordt uitgenodigd om deze duisternis te bedwingen. Pas als hij er doorheen is gegaan, ziet hij wat het hem brengt en leert, ziet hij de ‘winst’.

De duisternis bedwingen kan op drie manieren:

  1. Het licht van een kaars of zaklantaarn doet de (angst en wanhoop van de) duisternis al voor een deel verdwijnen. Een passieve aanpak waarmee het ochtendgloren en daarmee het einde van de narigheid wordt afgewacht maar waarmee er niets aan de situatie verandert. In eigentijds perspectief: ‘kunstlicht’ (zoals medicatie, afleiding, hard werken, drank) helpt om door donkere periodes heen te komen maar doet niets aan oorzaak en verbetering.
  2. De duisternis/het negatieve, ombuigen in licht/een positieve levenskracht. Dat biedt al een helderder licht dan een kaars of kunstlicht. [4 - Toraht menahem: Hitva’aduyot 5711, vol. 2, pp. 42-43; Schneersohn,Menahem Mendel; Published by Lahak Hanochos, Israel, 1992; hardcover; From Schwartz Judaica (San Diego, CA, U.S.A.)] Paulus reikt dit aan in zijn brief aan de Romeinen: ‘En wij weten, dat voor degenen, die G’d liefhebben, alle dingen medewerken ten goede.’ [5 - Romeinen 8:28 – Uit: De Nieuwe Bijbelvertaling © 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap]
  3. De duisternis niet beïnvloeden maar aangaan, accepteren en open staan voor wat hij te bieden heeft. Om dan te ervaren hoe de duisternis de zintuigen scherpt, hoe het innerlijk er aan went. Hoe oude zaken en oude pijn zichtbaar worden. Die bewust onder ogen zien en los
    laten, geeft lucht. Zo ontstaat ruimte voor het authentieke zelf.

Met andere woorden: de woestijn niet bestrijden of ontwijken maar werkelijk doorkruisen en leren van woestijnervaringen, maakt dat oude zaken en oude pijn langzaam en oprecht verwerkt kunnen
worden.

 

1.3. Een fysieke benadering

Het aangaan van en omgaan met ‘lifechanging experiences’ zoals de Exodus, wordt sterk beïnvloed en zelfs bepaald door de fysieke werking van de menselijke hersenen. De functie en de onderlinge
samenwerking van vier hersendelen zijn daarbij essentieel: de amygdala; de hippocampus, de thalamus en de prefrontale cortex. Deze zijn alle vier zowel in de rechter als in de linker hersenhelft
te vinden.

TEKENING BREIN

A. Amygdala
Diep in de temporale kwab van de hersenen en deel uitmakend van het limbische systeem (een groep hersenstructuren die emotie, motivatie, genot en het emotioneel geheugen beïnvloeden), liggen twee amygdalae. Dit zijn amandelvormige neuronenkernen die via vele schakelingen verbonden zijn met de nabijgelegen cortex orbitofrontalis en de ventromediale prefrontale cortex.
Dit circuit speelt een centrale rol bij het ervaren, verwerken en aansturen van verschillende emoties, zoals bijvoorbeeld het reguleren van weerzin opwekkende prikkels en angst. De amygdala reguleert de empathische vermogens van de mens door verbanden te leggen tussen informatie die van verschillende zintuigen afkomstig is (bv gezichtsuitdrukkingen) en deze te koppelen aan emoties.
Zo worden zowel de eigen emoties en gevoelens als die van andere mensen, herkend, benoemd en ingevoeld.
Per situatie wordt de meest zinvolle emotionele reactie bepaald. Roepen de prikkels bijvoorbeeld angst op, dan kan snel en reflexmatig (automatisch) gereageerd worden. Een in vroeger tijden functioneel alarmsysteem dat overleven mogelijk maakte: het instinctmatig inschatten van de onveiligheid van een situatie garandeerde een adequate reactie op groot gevaar: vechten, vluchten of bevriezen. Het waarnemen van een op de loer liggende tijger vergt immers een directe reactie waarbij niet eerst alternatieven worden overwogen.

Zonder de amygdala zou de mens daarom niet hebben overleefd. Echter, er kleeft een nadeel aan dit mechanisme. De amygdala slaan stress, angst en andere emoties uit het dagelijks leven op en houden deze vast. Dat leidt ertoe dat de bijbehorende vecht/vlucht/vriesreacties op deze emoties ook worden opgeroepen bij een actuele, niet bedreigende situatie die overeenkomsten heeft met opgeslagen oude trauma’s.
Dan is het mechanisme niet functioneel maar werkt het als een blokkade.
Zoals al eerder genoemd worden in de kindertijd, met name de periode van 0 tot 6 jaar, veel patronen en overtuigingen gedownload. De meeste van deze onbewust opgeslagen, vaak negatieve patronen, repeterende emoties en beperkende overtuigingen beïnvloeden en blokkeren de volwassen mens dagelijks en merendeels onbewust. Deze blokkades fungeren als een bron van zelfsabotage. Een kind heeft daar geen invloed op. Een volwassene echter kan die patronen doorbreken. Maar daarover later meer.

B. Hippocampus
In beide hersenhelften bevindt zich, in het mediale vlak aan de binnenzijde van de slaapkwab, een hippocampus. Samen met o.a. de hypothalamus en de amygdala maken zij deel uit van het eerder genoemde limbische systeem.
De hippocampus speelt een belangrijke rol bij het opslaan van informatie in het geheugen, bij ruimtelijke oriëntatie en bij de controle van gedrag dat gericht is op overleven.
Onderzoek wijst uit dat de hippocampus vooral een rol speelt bij het opslaan van nieuwe herinneringen in het expliciete of declaratieve (lange termijn) geheugen. Maatgevend daarbij lijkt de context van de gebeurtenissen: als interessant of belangrijk ervaren prikkels worden, in een proces van consolidatie dat weken kan duren, opgeslagen in het langetermijngeheugen (de cortex).
De rol van de hippocampus bij het bewaren/ophalen van oude herinneringen is nog onduidelijk. Wél wordt vermoed dat de hippocampus ook betrokken is bij het ophalen van relatief vers in het geheugen liggende herinneringen.
En hoewel de rol van de hippocampus bij het versterken van neurale verbindingen ook nog onduidelijk is, wordt vermoed dat zowel in de inwendige circuits van de hippocampus als tussen de neuronen van de hippocampus en die van de aangrenzende gebieden in de mediale temporale schors, sprake is van diverse processen van lange-termijn versterking. Ook neurotransmitters als acetylcholine en noradrenaline zijn hierbij betrokken.

C. Thalamus
De thalamus fungeert als schakelstation naar de cortex. Hij filtert zowel prikkels van buiten als prikkels uit het eigen lichaam. Alleen prikkels die belangrijk zijn of waar de aandacht op is gericht, stuurt hij naar de cortex. Die slaat ze op in het geheugen of stuurt ze door naar relevante gebieden. Zo gaat bijv. het waarnemen van de kleur van een bloem naar de visuele schors en de reactie op een speldenprik naar de gevoelsschors. Er is een uitzondering: geursignalen gaan niet langs dit tussenstation maar rechtstreeks naar het reukcentrum in de hersenschors. Dat illustreert het primaire belang van geursignalen: worden die herkend (en geformatteerd) door de receptoren in de reukcellen, dan sturen ze die linea recta naar de dichtstbijzijnde locatie gestuurd. Daardoor kunnen de hersenen direct reageren op gevaarlijke situaties. Daarnaast fungeert de thalamus ook als schakelstation tussen grote en kleine hersenen en tussen de hypothalamus en de grote hersenen.

D. Prefrontale cortex
In de hersenschors (de cortex) wordt informatie uit het lichaam ontvangen, verwerkt, geïnterpreteerd en omgezet in acties (zoals gedachten en bewegingen). De cortex bestaat uit vier delen, een daarvan is de frontale kwab. In het voorste deel van de frontale kwab, vóór de motorische schors, ligt de prefrontale cortex. Deze is nauw betrokken bij cognitieve en emotionele functies (ook wel executieve ((uitvoerende)) functies genoemd) zoals: beslissingen nemen, plannen, sociaal gedrag en impulsbeheersing. Het dorsolaterale deel van de frontale kwab wordt in verband gebracht met het werkgeheugen (ook wel bekend als korte termijngeheugen) aandacht, zelfcontrole en het vertellen van leugens of waarheid.
De prefrontale associatiecortex speelt een rol bij het realiseren van doelgericht gedrag, zoals het aanleren van nieuwe stimulus-beloningrelaties, en het onderdrukken van vanzelfsprekende maar ongewenste responsen als omgevingseisen plotseling veranderen.

TEKENING PREFRONTAL CORTEX

Net als sommige andere hersendelen, gaat de ontwikkeling van de prefrontale cortex door gedurende de kindertijd, tot ver na de puberteit. Men veronderstelt tot het 24ste levensjaar. Dit verklaart het zogenaamde ‘pubergedrag’. Vermoedelijk is de prefrontale cortex het meest kwetsbare hersendeel in de fase van veroudering: het ‘last in first out’ principe.

Schematisch ziet de functie van de amygdala, hippocampus, thalamus en de prefrontale cortex er zo uit:

SCHEMA HERSENSTAM

 

1.4. Een praktijkvoorbeeld

Tijdens een cursus zit ik naast een mooie 80-jarige dame. Als er een klein vliegtuigje boven ons lokaal vliegt, zeg ik blij: ‘Hé, de lente is er weer!’ Bevreemd kijkt ze me aan en zegt: ‘Wat bedoel je?’
‘Nou’, zeg ik, ‘als er een vliegtuigje overkomt en ik hoor de motor, komt altijd het gevoel van een mooie zomermiddag in me op, het is weldadig warm, open ramen, de zon schijnt, het ruikt heerlijk.’
Ze kijkt verbijsterd: ‘Dat voel jij bij overvliegende vliegtuigjes?’ ‘Ja’, zeg ik verbaasd.
Ze vertelt: ‘Mij doet dit geluid altijd aan de oorlog denken!’ (die was op dat moment 70 jaar geleden.)
Dan volgt het verhaal hoe ze vorig jaar met twee kleinkinderen op een zomerfair liep.
Hoe ze, toen er een vliegtuigje laag overvloog, in een vloeiende razendsnelle beweging haar kleinkinderen greep en met hen plat op de grond ging liggen.
‘Ja’, zegt ze ‘een overblijfsel van de oorlog dat gewoon nog in me zit. Pas toen ik overeind krabbelde met de kinderen, zag ik de verbaasde blikken van de mensen om me heen, en zei: ‘ach ja, een rest reflexje van de oorlog!’

TEKENING ONVEILIGE GEBEURTENIS

A is een voor het oog gewone gebeurtenis. In mijn voorbeeld een vliegtuigje dat wordt waargenomen. Bij de 80-jarige dame wordt onmiddellijk de amygdala (B) geactiveerd en zo komt een vreselijke situatie van toen (C) levensecht naar voren in het hier en nu. Die onveilige gebeurtenis schuift tussen de werkelijkheid (A) en de persoon (IK) en wordt in het hier en nu opnieuw ervaren. Daarop wordt gereageerd met de bijbehorende ingesleten paniek reactie: plat op de grond gaan liggen. Het gebeurt voordat de dame er over kan nadenken, laat staan een afgewogen besluit kan nemen. Haar amygdala neemt het van en voor haar over. Het gevolg is dat haar hier en nu wordt vertroebeld en haar contact met de omgeving wordt belemmerd.

Zo zal het ook gegaan zijn met de Israëlieten die uit Egypte vertrokken. Ze hadden zo lang in angst geleefd, dat hun hele systeem, al jaren alert op kleine bewegingen of geluiden die bedreiging betekenden, daar onbewust en direct op reageerde. Hoe dit te doorbreken? Door de prefrontale cortex de regie weer terug te geven. Dat gebeurt door bewust in contact te blijven met het hier en nu en daarbij de zintuigen in te zetten (wat hoor ik, wat ruik ik, wat proef ik, wat zie ik, wat voel ik). Voorbeelden daarvan zijn: mooie muziek beluisteren, meditatieoefeningen doen, de nabijheid, warmte van en de aanraking door een vertrouwd iemand.

SCHEMA PREFRONTALE CORTEX

Hierdoor wordt de prefrontale cortex gestimuleerd en neemt deze de regie over van de amygdala die tot rust komt. De onveilige episode uit het verleden vervaagt weer naar de achtergrond.

DERDE SCHEMA ALLES TERUG

Als de prefrontale cortex de regie weer heeft overgenomen, gaat de hippocampus archiveren.
Die bekijkt de huidige situatie: wat is er gebeurd en waarom? Door zo te reflecteren wordt een stukje van de onveilige gebeurtenis verwerkt. Dat ziet er zo uit:

SCHEMA ZINTUIGEN

Ingepast in het schema, ziet dat er zo uit:

EIND SCHEMA

Het vaak herhalen van dit reflecteren, doet steeds meer puzzelstukje op hun plaats vallen. Waardoor bij elke volgende gelegenheid niet alleen de heftigheid van de reactie afneemt maar ook gaandeweg een gevoel van veiligheid ontstaat.
De zo verworden veiligheid heeft hetzelfde effect als een goede hechting.
Zo groeit alsnog het basisvertrouwen in het leven en wordt het steeds makkelijker om, wat er ook gebeurt, niet terug te vallen in oud gedrag maar in het hier en nu overeind te blijven. Het verwerven van die veiligheid gebeurt altijd in contact met een ander.
Zo wordt, samen en stap voor stap, geleerd om in het hier en nu te blijven. Zo groeit het vertrouwen dat, wat er ook gebeurt, te hanteren en te overkomen is.

SCHEMA LANGE TERMIJNGEHEUGEN

Kennis van de fysieke en van de mystieke component in het gedrag van de mens tijdens deze eerste belangrijke fase van de reis, geeft antwoord op de vraag waarom de mens zo vaak terugvalt in oud gedrag. Ook biedt het inzicht in G’ds rol en intenties bij de vorm en de inhoud van zijn steun aan de Israëlieten. Hij herdefinieert onveilige gebeurtenissen uit Egypte en faciliteert heling en groei. Zo worden negatieve ervaringen verwerkt en krijgen langzamerhand een andere betekenis. Zo ontstaat ruimte voor goede hechting en een nieuw basisvertrouwen. De mens die goed is gehecht en een nieuw basisvertrouwen heeft verworven, ervaart dat negatieve ervaringen geen onoverkomelijke obstakels of blokkades blijven, maar dat hij ze steeds vaker kan omvormen tot kansen die hem doen groeien. Ouders kunnen tijdens het opgroeien van hun kinderen bij hen een soortgelijke rol (de functie van de prefrontale cortex) vervullen, omdat bij kinderen deze nog niet is ontwikkeld. Een coach vervult die rol voor de coachee in de eerste fase van het coachtraject. Het is aan de Israëlieten, aan het kind, aan de coachee of en hoe hij hier gebruik van maakt. Zo komen de Israëlieten aan bij de berg Sinaï.

 

Stel hier je vraag

Thank you for contacting us, we will contact you soon.

Stuur door

Thank you for contacting us, we will contact you soon.

Bedankt!

Bedankt voor de inschrijving op de nieuwsbrief.

Het ingevoerde e-mailadres is ongeldig.
fout tijdens het inschrijven